Lifestyle

Het jaar
van de
waarheid

Vivian Ruijters

Vivian schrijft met enige regelmaat artikelen voor Transition, vooral op het gebied van lifestyle.


Leestijd: 10 min

“Dit is veruit mijn zwaarste tegenslag geweest.” De 21-jarige Niek Heldoorn komt terug van een knieblessure waar maandenlang geen diagnose voor kon worden gesteld. Het jaar 2019 kon na een goede winter niet worden verzilverd met sterke wedstrijdresultaten. In plaats daarvan werd het een zoektocht, een operatie en revalideren. Wilskracht en doorzettingsvermogen werden tot het uiterste getest. “Het was mentaal echt wel pittig.”

 

Uit het niets kwam de pijn opeens opzetten. Niek Heldoorn had een goede heuveltraining afgewerkt. “Bij het terugwandelen naar mijn studio voelde het niet helemaal goed en het werd alleen maar erger.” Het is april 2019. De jonge triatleet staat aan het begin van een nieuw seizoen na een geslaagde winterperiode. Bij de junioren won Heldoorn vier nationale titels en in 2017 als 18-jarige schreef hij ook al zijn eerste seniorentitel op zijn naam. 2019 wordt pas zijn eerste echte jaar als senior.

Heldoorn popelt om weer te racen, te laten zien dat hij een mooie stap gezet heeft. In plaats daarvan volgt een eenzame zoektocht naar de oorzaak van de pijn. Bezoeken aan de fysio, chiropractorbehandeling en talloze MRI’s volgen. Maar niemand kan de oorzaak aanduiden. Pas na een aantal maanden komt hij terecht bij de Belgische arts Toon Claes. “Hij heeft ook Wout van Aert geopereerd aan zijn kniepees na zijn val in de Tour. Claes heeft het eerst met cortisoneninjecties geprobeerd en uiteindelijk ben ik in augustus geopereerd. Hierbij zijn twee plicas verwijderd,  een soort van slijtplooitjes in het kapsel.”

Niet opgeven

Het was een grote tegenslag in zijn nog prille carrière. Vooral de onzekerheid knaagde. “Ik heb wel vaker iets gehad, maar dan wist ik wat er aan de hand was of wat ik verkeerd gedaan had. Na een paar maanden zoeken ga je je wel eens afvragen waarvoor je het allemaal doet.” Hij viel zelfs even helemaal stil, ook al duurde dat maar een week. “Na een week niets doen ging het toch knagen. Ik besefte dat ik dit doe omdat ik het leuk vind. Ik train uiteindelijk om een goede atleet te worden en die word ik niet in een wedstrijd. Hoe langer ik stil zou staan, hoe langer de weg terug zou worden.”

 

Het kenmerkt zijn houding. “Ik geef niet makkelijk op.” Heldoorn is gedreven, altijd al geweest. Hij krijgt triathlon met de paplepel ingegoten. In zijn jonge jaren ziet hij hoe zijn vader Frank Heldoorn, zesvoudig Nederlands kampioen op de lange afstand, furore maakt in deze sport. De kleine Heldoorn vindt het prachtig en wil dit ook. “Triathlon was mijn eigen keuze. Mijn vader heeft me in die zin nooit gepusht om iets te doen. Hij heeft me wel altijd gesteund en geholpen met zoeken. Hij is er altijd voor me geweest.”

“Mijn vader is veel met me bezig geweest, hij wist hoe belangrijk techniek is.”

Zijn vader brengt hem vanaf dat moment spelenderwijs de kneepjes van het vak bij. “Ik weet nog goed dat we naar het Gooimeer gingen. Daar had je een hellingbaan waar hij me vanaf liet rennen. Zo was hij al bezig met mijn pasfrequentie te verhogen zonder dat ik het doorhad. Ik vond het alleen maar tof, al die oefeningen met sprongetjes en trappetjes op en af rennen.” En klopt het dat hij jouw voeten als 4-jarige eens met tape aan de pedalen vastgezet heeft om jou de trekbeweging aan te leren? “Niet helemaal, ik had klikpedalen. Mijn vader is veel met me bezig geweest, hij wist hoe belangrijk techniek is. Ik deed ook oefeningen met één been zodat ik die cyclische bewegingen er zo goed mogelijk in kreeg.”

Gifbeker

Die drive leidt hem ook al op jonge leeftijd naar Limburg. De 21-jarige atleet woont sinds 2016 in Sittard waar hij zich als 17-jarige aansloot bij het NTC. Weg van thuis, zelfstandig wonen in een andere omgeving, op 200 kilometer afstand van waar je bent opgegroeid. Voor Heldoorn is er geen twijfel, het is de consequentie van zijn keuzes: “Eruit halen wat er in zit.”

Terug naar de revalidatieperiode. Heldoorn kijkt niet graag terug op die tijd. “Ik heb in 2019 geen enkele wedstrijd kunnen doen. Op het moment dat ik weer een beetje kon lopen, zaten we alweer na het seizoen. Ik heb dat als heel naar ervaren. Maar gelukkig kon ik al die tijd wel fietsen en zwemmen. Als het met zwemmen was gebeurd, dan was het gelijk einde carrière geweest. Bij het zwemmen heb ik al zo’n enorme achterstand op internationaal niveau, dat had ik nooit meer gered.” En de gifbeker bleek op dat moment nog niet volledig leeg. Eenmaal weer in de opbouw naar de eerste wedstrijd ging de wereld in lockdown. “Er ging een streep door alle wedstrijden. Zelfs normaal trainen werd opeens lastig.”

Vreemde setting

Zijn laatste wedstrijd dateerde van september 2018. Toen hij leek af te stevenen op een pijnlijk jubileum, twee jaar zonder triathlonwedstrijden, waren daar ineens de versoepelingen. In augustus kreeg hij de kans deel te nemen aan een eredivisiewedstrijd tijdens de Arena Games in Rotterdam. “Het was een vreemde setting, alles moest coronaproof. Je moest eerst fietsen, daarna lopen en als laatste zwemmen. We begonnen met een virtuele wielerkoers via Zwift, op de Tacx anderhalve meter uit elkaar. Nadat we de finish over waren mocht je afstappen en dan doorlopen naar de loopband. Dat ging ook weer via Zwift. Vervolgens moest je om het zwembad heen lopen, erin duiken en 300m zwemmen.”

“Ook was het spannend om me weer te meten met de concurrentie, na zo’n lange tijd. Maar ik voelde me wel gelijk thuis.”

Het was wennen, niet alleen vanwege de uitzonderlijke afstanden. “Het was zo lang geleden dat ik echt even moest nadenken wat ik allemaal mee moest nemen. En ook was het spannend om je weer te meten met de concurrentie, na zo’n lange tijd. Maar ik voelde me wel gelijk thuis toen ik daar binnen kwam. Ik was weer terug in mijn ding.”

Heldoorn sluit de wedstrijd winnend af. “Echt heel  gaaf. Ik had verwacht dat ik meer geëmotioneerd zou zijn, maar ik denk dat het er ook mee te maken heeft dat de setting zo anders was. Een andere volgorde van de onderdelen, op een andere manier en zonder publiek. Maar het gaf zeker een voldaan gevoel, hier had ik al die tijd voor getraind en dat het er ook uit kwam.”

Kritische houding

Na de wedstrijd in Rotterdam volgt een bijna slapeloze nacht. “Dat is standaard na een wedstrijd. Nu kwam daar bij dat het ook enorm tof was om weer een wedstrijd te doen. Ik denk dat ik gemiddeld drie tot vier uur slaap na een wedstrijd. Dan ben ik in mijn hoofd alleen maar aan het malen. Ik loop de hele wedstrijd door. Geniet van bepaalde momenten en zie ook meteen de verbeterpunten.” Het toont zijn kritische houding. “Ik trek veel in twijfel en wil van alles weten waarom. Ik neem vrijwel nooit gewoon iets aan. Ook niet op school of bij mijn bijbaan.”

“Momenteel is zwemmen de cruciale factor, of ik überhaupt een carrière in de triathlon heb.”

Die kritische houding richt zich vooral op het zwemmen. Heldoorn weet dat hij daar nog flink moet zien te verbeteren. Op dat vlak gaat hij opnieuw een kritisch jaar tegemoet. Ook al staat hij met zijn 21 jaar nog aan het begin van zijn carrière, een internationale doorbraak valt of staat met zijn zwemprestaties komend jaar. “Momenteel is zwemmen de cruciale factor, of ik überhaupt een carrière in de triathlon heb.”

“Als ik mijn zwemmen nu niet verbeter en ik niet goed in een wedstrijd zit volgend jaar, ervan uitgaande dat er volgend jaar wedstrijden zijn, dan is er geen realistische verwachting op een internationale carrière. Dan kan ik heel leuk meedoen in Nederland, maar het zwemmen is internationaal op een zeer hoog niveau, zowel op de korte als de lange afstand. Als je daar niet voorin zit, dan ben je klaar en kun je niet meedoen voor de knikkers.”

Best pittig

En die knikkers zijn nu juist het probleem. Financieel rondkomen van de sport is slechts voor de absolute top weggelegd. Heldoorn kan terugvallen op een aantal sponsoren en zijn Belgische club voor materiële ondersteuning, maar moet zijn inkomen grotendeels buiten de sport verdienen momenteel. “Ik train in een goede week gemiddeld zo’n 20 uur. Daarnaast werk ik zo’n 100 uur per maand in de horeca. En dan doe ik ook nog een deeltijdstudie Bedrijfseconomie waarvoor ik doordeweeks 3 uur per dag stage loop op de financiële administratie bij een bedrijf. Dat is best pittig.”

Het is lastig om al die ballen in de lucht te houden en het zwemmen vergt komend jaar waarschijnlijk ook nog een extra tijdsinvestering. “Ik weet nu waar ik aan moet werken en eigenlijk zou ik voor het zwemmen naar Eindhoven moeten. Het maakt het allemaal niet makkelijker, maar ik wil kijken hoe ik dit kan combineren met het programma hier.”

Hoeveel uur slaap haal je per dag? “Gemiddeld ben ik blij met 7 uur. Op een gegeven moment zijn de uren op. Ik heb soms dagen dat ik relatief vroeg opsta om te zwemmen, dan door naar stage. Vanuit stage meteen door om lang te fietsen en vervolgens douchen, eten en weer door mijn werk. Dan ben ik van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat bezig.”

Niet klagen

Zijn coach Jordi Meulenberg houdt rekening met dit drukke schema. “Ik heb zelf relatief veel invloed. Ik heb heel veel van mijn vader meegekregen en ben best wel pienter, ik merk wat wel of niet werkt bij mij. Effectief ben ik mijn eigen lifecoach, ik probeer alles zoveel mogelijk zelf te plannen met studie en werk. Jordi vult dit vervolgens aan met het trainingsschema. Maar op basis van hoe ik me voel op die dag of in die week, pas ik dat dan aan.”

“Ik vind het leuk om mensen te laten zien dat ik iets wel kan als zij denken dat ik het niet kan.”

En ook nu hoor je hem niet klagen. Het is opnieuw een consequentie van zijn keuzes. “Ik krijg soms de vraag of ik niet bang ben dat zoveel werken mijn prestaties gaat beïnvloeden. Dan zeg ik: ja, maar ik kan er nu niets aan doen, dus ik pak het met beide handen aan. Ik vind het bovendien leuk om mensen te laten zien dat ik iets wel kan als zij denken dat ik het niet kan.”

Wereldranking

Komend jaar wordt daarom cruciaal voor Niek Heldoorn. “Ik ben dan nog 22 en kom op een leeftijd dat ik echt iets moet laten zien. Je moet een bepaald niveau hebben wil je ooit geld gaan verdienen met de sport. Als er volgend jaar wedstrijden zijn, dan moet ik wel een bepaalde wereldranking halen. Anders is er geen perspectief voor mij als Nederlander om ooit de Olympische Spelen te halen, laat staan om geld te verdienen.”

Toch kijkt hij voor de toekomst niet alleen naar de Spelen. “Als ik dat niet haal, heb ik altijd nog een jongensdroom om op de lange afstand echt goed te worden. Ik weet dat ik met lopen goed uit de voeten kan op de lange afstand. Ik ben relatief klein, dus met fietsen ben ik redelijk aerodynamisch en het zwemniveau ligt daar iets minder hoog of is iets minder cruciaal. Zwemmen is daar ook nog steeds belangrijk, want uiteindelijk om op Hawaii te winnen moet je bij het zwemmen mee zijn met de kopgroep. Maar je kunt op de lange afstand ook een hele leuke carrière hebben als je iets minder goed zwemt. Bij de sprint of de olympische afstand ben je dan niet meer dan veldvulling.”

Vergelijking

En die lange afstand brengt ons ook weer terug bij zijn vader. Frank Heldoorn vierde de nodige successen op die afstand. Vindt hij het vervelend dat die vergelijking getrokken wordt? “Ik ben een ander soort atleet, maar ik vind het wel leuk om vergeleken te worden. Want hoe je het wendt of keert, mijn vader is wel één van de drie pioniers die de triathlonsport met hun prestaties op de kaart hebben gezet in Nederland. In ieder geval op de lange afstand.”

“De vergelijking met de prestaties van mijn vader vind ik ook wel tof want als ik daaraan kan tippen, dan weet ik ook dat ik goed bezig ben.”

Die vergelijking ga je dan vanzelf krijgen, beaamt de atleet. “En dat vind ik ook wel tof want als ik daaraan kan tippen, dan weet ik ook dat ik goed bezig ben. Ik hoop natuurlijk om er voorbij te komen. Mijn vader was erg sterk op de fiets, hij is echt opgegroeid in een tijd dat stayeren er nog niet was. Bij ons ligt de focus op het lopen. Als je erbij zit op de fiets en je verspilt zo min mogelijk kracht, moet je nog steeds als hardste kunnen lopen wil je de wedstrijd winnen. Ik duik nu al heel dik onder de pr’s die mijn vader op de 5km en 10km heeft staan. Alleen bij het fietsen kom ik nog niet aan zijn gemiddeldes.”


Dit artikel komt uit Transition Magazine #26.

Deel dit artikel


Vivian Ruijters

Vivian schrijft met enige regelmaat artikelen voor Transition, vooral op het gebied van lifestyle.

Nog niet
ingeschreven?

De redactie van Transition houdt jou graag op de hoogte van nieuwe artikelen, tips van onze Makers en sneak previews van nieuwe edities van het online magazine.