Mentaal van titanium
Eén en al sport, één en al kracht. Triatlete en wielrenster Quinty Schoens is een energiebom. Transition spreekt haar daags na Luik-Bastenaken-Luik. Amper op adem gekomen van de wielerklassieker duikt ze alweer in de triathlonwereld en is ze op trainingsstage in Windhoek, Namibië. De plek waar alle drukte van thuis vervalt. “Je traint, je eet, je rust, that’s it.”
In haar minihuisje op het resort waar ze verblijft, is het een geordende chaos van reepjes, gels, sportdrank, badpakken en hardloopschoenen. Tegen de muur staat haar fiets te shinen. Quinty verontschuldigt zich voor de chaos. Niet nodig; triatleten hebben nu eenmaal veel trainingsmateriaal. Ze zit, maar ze zit nauwelijks stil, zo uitgelaten is Quinty als ze vertelt over haar carrière als triatlete én wielrenster. Wielrennen? “Ja!”, klinkt het enthousiast. “Fietsen vond ik altijd mooi. Mijn opa en vader waren professionele wielrenners. Mijn coach Louis Delaheije was ook head coach bij de NTB én coach van Marianne Vos, dus wielrennen was altijd al dichtbij mij.”
Vanaf haar zeventiende deed de Limburgse Quinty al mee aan wielerwedstrijden als voorbereiding op het triathlonseizoen. Coach Delaheije liet haar met Annemiek van Vleuten meetrainen en de twee raakten bevriend. “Annemiek zei, dat als ik bepaalde races goed zou rijden, ik bij een pro-club kon komen. Die kans wilde ik wel grijpen, want dat betekende dat ik aan de World Tour-wedstrijden mocht meedoen. Ze heeft mij uiteindelijk voorgedragen bij het team van Park Hotel Valkenburg. Dat profrijden wil ik graag naast triathlon doen, nu én in de toekomst. Het is heel gaaf dat Annemiek mij er tussen heeft weten te krijgen, omdat ze potentie in mij zag.”
De Tour rijden
Inmiddels heeft Quinty zich van haar beste kant laten zien. Nadat ze onder andere de wielerklassieker Luik-Bastenaken-Luik heeft gereden, werd ze geselecteerd voor de Tour. “Dat ik dit als triatleet mag meemaken, vind ik prachtig”, zegt Quinty stralend. Wielrennen fascineert haar. “Triatleten zijn einzelgängers. Wielrenners zijn teamsporters; je offert je soms op voor een ander en dan heb je toch met z’n allen een succes behaald. Ik voel me nog niet 100 procent een wielrenner, want ik blijf triatleet. Toch ben ik er vrij zeker van dat ik deze zomer de Tour ga rijden. Dat moet ik meemaken, echt.”
Op een bepaald moment zal ze keuzes moeten maken: knopen doorhakken en doelen (bij)stellen. Ze heeft nu twee carrières als prof naast elkaar. “Ik moet constant zorgen voor balans. Soms kan ik door het vele fietsen bijna een week niet zwemmen en dat betekent dat ik daarin achteruit ga. Het kost me dan twee weken om weer op niveau te komen.”
"Na de Spelen van Parijs beslis ik of ik beide sporten wil blijven combineren of dat ik voor het wielrennen ga."
Quinty SchoensTriathlon staat tot 2024 sowieso op de eerste plaats voor Quinty. “Na die tijd ga ik kijken hoeveel er voor mij mogelijk is in het wielrennen. Ik zit nu in de UCI-ploeg, net onder het niveau van World Tour, maar ik mag wel aan dezelfde koersen meedoen. Na de Spelen van Parijs beslis ik of ik beide sporten wil blijven combineren of dat ik voor het wielrennen ga. Ik weet dat op dit moment nog niet. De ervaringen die ik opdoe met wielrennen zijn groots en bijzonder. Ik was toe aan een nieuwe prikkel en wielrennen opent een nieuwe wereld voor mij. Het maakt dat ik nu constant in twee werelden leef. De dag na Luik-Bastenaken-Luik zat ik in het vliegtuig voor deze trainingsstage met de Nederlandse Triathlon Bond (NTB).”
Gebroken rug
Quinty kan niet alleen keihard fietsen, goed hardlopen en stevig zwemmen, ze is mentaal van titanium. Een ongeluk in haar jeugd lijkt haar superkrachten te hebben gegeven. Ze turnde vanaf haar vijfde jaar en al gauw op hoog niveau. Nog steeds maakt ze onbewust radslagen. Als jong meisje trainde ze 24 uur per week, tot op een dag bij een vrij onschuldige oefening op de balk haar overbelaste rug ineens brak. “Mijn rug was achteraf te stijf voor die sport. Ik had naar de Spelen gewild als turnster, maar achteraf is het een godsgeschenk dat er aan de rem werd getrokken. Er ging een nieuwe deur voor mij open.”
Ze kijkt terug op een positieve jeugd. “Ik had het best zwaar met al die trainingen, maar dat had ik destijds helemaal niet door. Terugkijkend als volwassene zie ik wel: dat was eigenlijk niet oké. Tegelijkertijd brengt die tijd me nu verder, want ik weet één ding zeker: ik krijg het nooit meer zo zwaar als toen.” Quinty moest twee jaar lang een gipscorset dragen en afkicken van het vele sporten. En dat als meisje van tien jaar oud. “Het heeft me gevormd. Natuurlijk was ik verdrietig, met dat gips om mijn buik, maar als kind was ik redelijk luchtig. Voor mijn ouders was het zwaar om hun kind zo te zien.”
Afkickverschijnselen
Aan het einde van de gipsperiode begon ze met zwemmen. “Dat was het enige dat ik mocht doen, omdat er geen zwaartekracht bij kwam kijken. Ik had last van de afkickverschijnselen door het plotselinge niet-sporten. Ik mocht mijn gips afdoen en het water in. Van het hoogste niveau turnen ging ik naar het laagste niveau zwemmen, maar ik was dankbaar dat ik eindelijk iets mocht doen. Ik stortte me er vol op en al gauw steeg mijn niveau en mocht ik meedoen aan NK’s.” Eenmaal hersteld begon Quinty op haar middelbare school met hardlopen en deed ze aan mountainbiken met haar vader. “Eigenlijk deed ik al aan triathlontraining zonder dat ik het doorhad. Op mijn vijftiende werd ik geselecteerd door de NTB.”
Relaxte sfeer
Ze schenkt nog iets te drinken in. Het is warm op het terrasje van haar kamer. Krekels zingen, bloemen geuren: het leven is hier heerlijk. Op haar blote arm staan tatoeages. Het getal 26 staat erop. “Dat is ons familiegetal”, lacht ze. Verder haar geboortejaar (1999), een planeet vanwege haar fascinatie voor de ruimte, een bliksemschicht, een vlinder en een bloem. Op haar been prijkt de maan. “Een hobby”, noemt Quinty haar tatoeages.
"Alle drukte van thuis vervalt hier. Je traint, je eet, je rust, that’s it."
Quinty SchoensWe kijken even om ons heen. “Het is hier fijn hè?”, zegt ze. Quinty komt hier al sinds 2018 (en de NTB sinds 2017). In 2021 was ze hier een maand lang om zich voor te bereiden op de Spelen en in mei was ze er nog eens drie weken. “De sfeer is relaxt, er is geen tijdsverschil en we hebben hier onze vaste fysio’s, chiropractor en masseurs. Alle drukte van thuis vervalt hier. Je traint, je eet, je rust, that’s it. Het weer is hier altijd goed en alles is dichtbij elkaar. Je weet waar je heen moet als er iets is. Ik vind het top en ik voel me hier altijd veilig.”
Nog niet
ingeschreven?
De redactie van Transition houdt jou graag op de hoogte van nieuwe artikelen, tips van onze Makers en sneak previews van nieuwe edities van het online magazine.
Deel dit artikel