Lifestyle

Tokio Calling: Quinty
Schoens

Leestijd: 8 min

Eind maart werd bekend dat de Olympische Spelen in Tokio worden verschoven naar 2021. Een grote teleurstelling voor veel atleten die vaak al vier jaar naar het belangrijkste sportevenement ter wereld aan het toewerken zijn. Voor anderen biedt het uitstel juist extra kansen.

 

Wij belden met de 21-jarige Quinty Schoens die na een succesvol debuutjaar bij de senioren in 2019 er volgend jaar in Tokio bij hoopt te zijn als reserve voor de mixed teamrelay.

Het zat er al een tijdje aan te komen dat de Olympische Spelen niet door konden gaan dit jaar. Hoe reageerde jij op dat nieuws?

“Persoonlijk ben ik er niet zo heel rouwig om dat de Olympische Spelen zijn verplaatst. Ik krijg nog een extra jaar om te groeien, maar ik vind het wel heel erg jammer voor Marco (haar vriend Marco van der Stel, red) en al die andere atleten die zich al zo lang aan het voorbereiden zijn. Ik vraag me ook af hoe het seizoen er verder uit gaat zien en waar en hoe atleten zich nog kunnen kwalificeren. Ik dacht in het begin dat we in juni wel weer aan het racen zouden zijn, maar nu ben ik bang dat we dit seizoen alleen nog maar in Nederland in actie gaan komen. Of internationaal gezien misschien alleen in de Grand Final in Edmonton.”

Jij bent een van de weinige atleten die dit seizoen al in actie is gekomen. Je deed het half maart in de World Cup in Moolooolaba ook nog eens heel goed met de twintigste plaats. Hoe was het om daar te racen?

“Als je terugkijkt is het heel bijzonder dat die wedstrijd is doorgegaan. Het was ook allemaal heel onzeker. Ik zat alleen in een appartement, had het nieuws constant aan en maakte me zorgen dat ik helemaal voor niets naar de andere kant van de wereld was gevlogen. Maar op de wedstrijddag heb ik de knop omgezet. Als die wedstrijd alsnog zou worden afgelast, zaten we in ieder geval allemaal in hetzelfde schuitje. De World Cup in Australië was heel sterk bezet, het was een van de sterkste velden waarin ik ooit geracet heb. Vooraf had ik dan ook besloten dat ik er voor wat betreft de uitslag geen nummer op wilde plakken, maar met een plek in de dertig zou ik toch ook weer niet tevreden zijn geweest. Uiteindelijk rolde er een twintigste plaats uit en daar was ik heel erg blij mee.”

"Ik stond er goed voor, dus het is wel heel jammer dat er nu geen wedstrijden zijn. Daar heb ik wel even van gebaald, maar ik mag van mijn coach maar maximaal 24 uur teleurgesteld zijn."

Quinty Schoens

Met de vorm zat het dus wel goed?

“Als je een hele winter hard hebt getraind, wil je graag weten hoe je er voor staat. Ik ben dan ook heel blij dat ik in ieder geval een race heb kunnen draaien, veel atleten hebben die kans niet gehad. Ik stond er goed voor, dus het is wel heel jammer dat er nu geen wedstrijden zijn. Daar heb ik wel even van gebaald, maar ik mag van mijn coach Louis Delahaije maar maximaal 24 uur teleurgesteld zijn. Dus na een dag heb ik er de schouders weer onder gezet. Ik zie deze periode als een extra winter, een kans om weer stappen te zetten en sterker te worden.”

Waar valt voor jou de meeste winst te halen?

“Ik denk op het looponderdeel. Ik ben vrij blessuregevoelig, heb altijd last van pees- en spierblessures door overbelasting. Ik kan geen grote omvang maken, dus dat probeer ik op te vangen door week in week uit consequent veel fietsuren te maken. Want hoe fitter ik van de fiets kom, hoe harder ik kan lopen. Ik fiets veel en graag en ik heb het geluk dat ik hier in Limburg alle kanten op kan. Ik kan vlak fietsen, maar door de heuvels hier, en over de grens in België, doe ik vaak zware trainingen. Ik fiets heel graag bergop, soms maak ik tijdens een training wel 1.200 hoogtemeters. Mijn favoriete berg is de Slingerberg. Die knal ik dan vijf tot zeven keer achter elkaar maximaal omhoog. Ik weet precies bij welke kiezelsteen ik op de pedalen moet gaan, bij welke bocht ik moet versnellen. Aan de versnelling die ik trap, een tandje lichter of zwaarder, kan ik precies zien hoe het er voor staat met mijn vorm.”

Je bent begonnen als turnster, maar vanwege een rugblessure ben je gaan zwemmen. Toch had je in het begin moeite met het zwemonderdeel in de triathlon…

“Dat zat vooral tussen de oren. Sinds mijn laatste jaar bij de junioren doet mijn zwemonderdeel niet veel onder voor de rest. Ik ben nu mentaal een stuk sterker. Ik was altijd een beetje bang voor de eerste boei en de drukte in het water, maar toen ik twee jaar geleden in Tabor – waar ik als derde eindigde – ineens bij de kopgroep zat, is er een knop omgegaan. Ik maak me nu niet meer zo druk van te voren en focus tijdens het zwemmen op mijn techniek. Iedere slag moet raak zijn. Natuurlijk voel ik voor de wedstrijden nog wel spanning, maar ik raak niet meer in paniek. Het helpt ook dat ik een paar gesprekken met sportpsycholoog Lars van der Eerden heb gehad. Daar stond ik in het begin niet zo open voor, maar later betrapte ik me er toch op dat ik tips die hij me gaf ook daadwerkelijk meenam in de wedstrijden.”

Je lijkt geen grote moeite te hebben met de overstap van de junioren naar de senioren…

“Mijn eerste seizoen bij de senioren vorig jaar ging verrassend goed. Het grootste compliment kreeg ik na afloop van het seizoen van Louis. Hij vond dat ik een topseizoen achter de rug had en dat ik iedereen daarmee had verbaasd. Louis werkt met absolute topatleten zoals Annemiek van Vleuten en Marianne Vos, dus als hij dat zegt, maakt dat wel indruk. Mijn mooiste prestatie vorig jaar vond ik mijn vierde plek in de ETU Cup in Holten. Rachel deed niet mee, dus veel ogen waren op mij gericht en het was geweldig om daar met steun van het publiek als vierde over de finish te komen. En ik beschouw mijn dertiende plek in de World Cup in Antwerpen als een eerste doorbraak. Ik was niet helemaal fit, maar had toch de capaciteit om als dertiende te eindigen. Dat heeft me wel veel zelfvertrouwen gegeven.”

"Ik zag de negatieve reacties op social media al voorbij komen als ik het niet goed zou doen, maar die gedachte heb ik wel snel losgelaten."

Quinty Schoens

En dan was er nog de mixed teamrelay in Edmonton waar kwalificatie voor de Olympische Spelen op het spel stond en waar jij Rachel Klamer verving. Hoe was dat?

“In eerste instantie dacht ik, dit kun je niet menen, toen de coaches me vroegen om Rachel te vervangen. Maar het was ook een grote eer. Er lag best een grote druk op mijn schouders, ik was heel bang om slecht te presteren. Ik zag de negatieve reacties op social media al voorbij komen als ik het niet goed zou doen, maar die gedachte heb ik wel snel losgelaten. Ik zou critici gewoonweg geen kans geven. Maya startte als eerste, gevolgd door Jorik en die tikte mij op de achtste plek aan. Ik zwom in 300 meter een gaatje van 10 seconden naar Asleigh Gentle dicht. Daarna moesten we 600 meter naar de fiets rennen, maar ik was zo buiten adem van het zwemmen dat ik op de fiets nét de aansluiting met haar en het groepje voor me verloor. Samen met een Zwitserse ben ik toen kop over kop gaan rijden en toen ik wisselde naar het lopen, spoot het lactaat me bijna uit de oren. Ik ben zo diep gegaan tijdens het lopen en ik wist die achtste plaats te handhaven, maar ik was toch een beetje teleurgesteld dat ik op de fiets, mijn sterkste onderdeel nota bene, net niet kon aanhaken. Gelukkig duurde dat niet al te lang. Ik mocht tevreden zijn en het was een geweldig leerzame ervaring.”

Hoe zien jouw trainingsweken er nu uit?

“Er zijn dan wel voorlopig geen wedstrijden, maar ik ben zeker niet achterover aan het leunen. Ik ben een professionele triatleet, dus ik blijf gewoon veel trainen. Afgelopen week nog bijna 28 uur. We hebben ontzettend geluk dat we in Nederland nog buiten kunnen fietsen en lopen. Verder train ik veel met elastieken voor het zwemmen en twee keer per week rijden Marco en ik vanuit Limburg naar Schijndel om daar in een endless pool te trainen. Marco woont bij mij en mijn ouders in Stein, dus het is fijn dat we daardoor gewoon samen kunnen trainen.”

"Ik heb het hele jaar laten zien dat ik de beste reserve ben, maar het is nog even afwachten. Het zou geweldig zijn als ik mee mag naar Tokio."

Quinty Schoens

Hoe zie jij je kansen om als reserve mee te gaan naar Tokio volgend jaar?

“Dat ik in Edmonton de eerste keus was, is natuurlijk heel positief. Als reserve moet je in ieder geval eind mei bij de eerste 140 op de olympische kwalificatieranglijst staan om überhaupt als reserve in aanmerking te komen. Ik sta nu plek 128, maar de rankings zijn sinds de coronacrisis bevroren en het is nog niet bekend of deze ranglijst geldt of dat je pas over een jaar bij de eerste 140 moet staan. Ik heb het hele jaar laten zien dat ik de beste reserve ben, maar het is nog even afwachten dus. Het zou geweldig zijn als ik mee mag naar Tokio. Dat je de kans krijgt om alles mee te maken zonder dat je mee hoeft te doen, zonder de wedstrijdspanning. Althans, ik hoop dat ik niet in actie hoef te komen, want dat zou beteken dat er iemand anders ziek is, en dat is natuurlijk niet de bedoeling.”


Dit artikel verscheen in Transition Magazine #25

Deel dit artikel


Marcia Jansen

Schrijft voor Transition over een breed scala aan onderwerpen, van gezondheid en training tot triathlon als lifestyle en interviews.

Nog niet
ingeschreven?

De redactie van Transition houdt jou graag op de hoogte van nieuwe artikelen, tips van onze Makers en sneak previews van nieuwe edities van het online magazine.