Lifestyle

Zwemtrainer De Lannoy benoemd tot erelid bij De Dolfijn

Leestijd: 3 min

Jean-Philippe de Lannoy verhuisde in december 1988 voor zijn studie van Curaçao naar Nederland. Via zijn toenmalige vriendin kwam hij bij triathlonvereniging De Dolfijn terecht, waar hij meteen als zwemtrainer werd ingelijfd. Hij ging er nooit meer weg.

 

Zesendertig jaar staat De Lannoy al langs de zwembadrand in het Sloterparkbad in Amsterdam. Aan het begin van zijn masteropleiding  aan de Technisch Universiteit in Delft dacht hij, na een paar jaar werkervaring op te doen, nog dat hij terug zou gaan naar Curaçao.

 

“Maar net zoals veel andere landgenoten, ben ik blijven hangen”, lacht hij. “Ik vond het eiland te klein, in Nederland had ik op werk en sportief gebied veel meer mogelijkheden.”

''Ik zie veel triatleten aan het begin van de set
veel te hard van start gaan
en dan zakken ze halverwege in''



Liefde voor de sport en drive om mensen te leren zwemmen

De Lannoy komt zelf uit het wedstrijdzwemmen. Hij maakte zelfs deel uit van de selectie die zich twee jaar lang voorbereidde op de Olympische Spelen in Los Angeles in 1984, maar kwam uiteindelijk een paar tienden tekort voor kwalificatie op de 100 meter vrije slag.

“Daarna was ik toe aan een nieuwe uitdaging, een andere sport. Het was de tijd dat triathlon enorm in opkomst was, de tijd van Gregor Stam, Rob Barel en Axel Koenders. Zij hebben zelfs een keer meegedaan aan een kwart triathlon op Curaçao, waar ik voor de eerste keer  meedeed. Ik kwam nog wel als eerste uit het water, maar eenmaal op de fiets waren ze me zo voorbij.”

 

''Het was de tijd dat triathlon enorm in opkomst was.
De tijd van Gregor Stam, Rob Barel en Axel Koenders''

De triathlonafdeling van De Dolfijn was groeiende eind jaren tachtig. “Maar ze hadden maar één zwemtrainer”, kijkt De Lannoy terug.

“Dat was een probleem. Aangezien ik op Curaçao al zwemcoach was, heb ik aangeboden om zwemtrainer te worden. Dat groeide al snel uit. Voordat ik het wist, gaf ik drie keer per week training, was ik voorzitter van de triathlonafdeling en maakte ik in samenspraak met de fiets- en looptrainer het hele jaarprogramma. Ik heb dat, uit liefde voor de sport en mijn drive om mensen te leren zwemmen, best een lange tijd gecombineerd met mijn 40-urige werkweek en triatlonwedstrijden.”

“Training geven aan kinderen is heel anders''

De Lannoy was op Curaçao gewend om met kinderen te werken. “De overgang naar volwassenen was zeker een uitdaging”, geeft hij toe. “Training geven aan kinderen is heel anders. Als je kinderen structuur en opdrachten geeft, dan zie je al snel resultaat. Het is ook een groot verschil of je op tien- of dertigjarige leeftijd leert zwemmen. Volwassenen luisteren over het algemeen minder goed, stellen meer vragen en denken over het algemeen te veel na. Ik heb daar mijn manier van training geven wel aan moeten aanpassen.”

Het verschil zit hem vooral in het feit dat hij volwassenen een andere uitleg moet geven. “Voor de vrije slag is het bijvoorbeeld belangrijk dat je bij de doorhaal je elleboog hooghoudt. Dat is voor veel mensen veel te abstract. Dus nu geef ik beginnende zwemmers mee dat ze zich voor moeten stellen dat ze in een smalle buis zwemmen. Als je je elleboog niet hooghoudt, komt je overhaal te veel naast je schouder waardoor je niet door die buis past.”

''Triatleten moeten echt leren
hoe je gevoel aan snelheid relateert''

Wat hij meenam uit zijn tijd als wedstrijdzwemmer en probeert over te brengen op triatleten, is het zwemmen op tijd. “Ik heb triatleten echt moeten leren klok kijken. Iets dat voor wedstrijdzwemmers eigenlijk een automatisme is. Ik kan echt op de seconde na nauwkeurig 10 keer 100 meter in dezelfde tijd zwemmen. Ik zie veel triatleten aan het begin van de set veel te hard van start gaan en dan zakken ze halverwege in. Die moeten echt leren hoe je gevoel aan snelheid relateert.”

Na 35 jaar staat De Lannoy, die onlangs tot erelid werd benoemd, nog steeds met veel plezier op de kant. “Ik geef nu nog maar één keer per week training, op de donderdagavond of op de zaterdagochtend. Hoe lang ik dat nog blijf doen, weet ik niet. Zo lang ik het leuk blijf vinden, blijf ik nog wel even.”

Deel dit artikel


Marcia Jansen

Schrijft voor Transition over een breed scala aan onderwerpen, van gezondheid en training tot triathlon als lifestyle en interviews.

Nog niet
ingeschreven?

De redactie van Transition houdt jou graag op de hoogte van nieuwe artikelen, tips van onze Makers en sneak previews van nieuwe edities van het online magazine.